Lees voor

Werken op de cohortafdeling

Bron: Annebel Heinen-de Jong
Mijn naam is Annebel Heinen- de Jong en ik werk als verzorgende IG op een kleinschalige woongroep voor mensen met dementie. Naast mijn werk volg ik een opleiding tot eerst verantwoordelijk verzorgende en ben ik moeder van twee kinderen. Toen in februari de eerste coronabesmettingen werden geconstateerd in Nederland kregen wij als medewerkers van De Haven een mail waarin gevraagd werd wie er eventueel op de cohort- of corona-afdeling ingezet zou willen werken als dat nodig mocht zijn.

Ik wilde me graag nuttig maken in deze heftige tijd en heb me dus aangemeld om op de cohortafdeling te werken. Een paar weken later was het zover, wat begon als een gewone werkdag veranderde na een telefoontje van mijn teamleider. Binnen De Haven waren enkele verdenkingen van coronabesmettingen, de cohortafdeling ging open of ik ingezet kon worden. Natuurlijk wilde ik helpen. Of ik dan de volgende dag al een dienst kon draaien vroeg mijn teamleider. Oké dat betekende dat ik snel oppas moest zien te regelen voor mijn kinderen. Het was wat gepuzzel, maar het is uiteindelijk gelukt. Ik kon aan de slag!

De volgende dag stapte ik met een gespannen gevoel De Haven binnen. Vragen als hoeveel besmettingen zijn er? Hoe ziek zijn de cliënten? spookten door mijn hoofd. De eerste dienst verliep hectisch en chaotisch er moest nog veel geregeld worden en omdat wij niet meer door De Haven mochten lopen moesten we voor alles wat we nodig hadden iemand bellen. Dit gaf een heel afhankelijk gevoel.

De dagen erna kwamen er nog meer cliënten op de cohortafdeling, sommige met ernstige klachten, sommige met milde klachten. Het wisselende ziektebeeld vergde naast veel flexibiliteit, ook veel van je kennis en handelen. Iedere cliënt vraagt immers een andere behandeling.

De eerste week op de cohortafdeling heb ik veel gewerkt en heb ik met tranen in mijn ogen aan de overdrachtstafel gezeten. Er kwam zoveel op ons af; zieker wordende cliënten, het verhuizen van cliënten, goede zorg willen geven, contact met familieleden aan de telefoon, maar ook praktische zaken als de was doen en het eten verzorgen. Alles kwam op onze schouders terecht. Wat was ik boos en verdrietig na de eerste week. Waarom moest dit virus hier binnen komen? Gelukkig werden we goed opgevangen door onze teamleiders en collega’s van De Behandeldienst. Er werden extra diensten geregeld en er werd een gastvrouw aan de formatie toegevoegd. Ook werd er een extra afdeling ingericht als cohort dit maakte voor ons het werken fijner.

Na een maand op de cohortafdeling gewerkt te hebben kreeg ik mijn nieuwe rooster, ik stond nog voor één dag op de cohortafdeling ingeroosterd. Daarna mocht ik van een welverdiende vakantie gaan genieten.

Mijn werk op de cohortafdeling zit erop, ik kom in wat rustiger vaarwater wat betreft mijn werk. Ondanks de heftige weken die ik achter de rug heb op de cohortafdeling had ik dit niet willen missen, het nauwe contact met familie, het bieden van comfort en goede zorg voor hun dierbaren. Het zorgen vanuit je hart, naast troost ook een beetje humor brengen in de dagelijkse zorg.

Ik heb met eigen ogen gezien hoe slopend dit virus is, blijf zoveel mogelijk thuis en blijf gezond. Samen kunnen we dit virus verslaan!